Bijna 2,5% bbp-groei in 2024, amper 4,1% werkloosheid, opnieuw minder dan 3% inflatie en het ene beursrecord na het andere; op het eerste gezicht had de economische balans van de regering-Biden bij de Amerikaanse presidentsverkiezingen een troef moeten zijn voor de Democratische kandidate. De Visie van Enguerrand Artaz, fondsmanager bij La Financière de l’Échiquier (LFDE).
Toch lijkt het erop dat het juist de economie is die de kansen van Kamala Harris heeft geschaad. Vooral de inflatie, of beter gezegd het hoge prijspeil, speelt hierbij een rol. Hoewel de inflatie – de snelheid waarmee de consumptieprijzen toenemen – al enkele maanden sterk 1ealt, zijn de prijzen in vier jaar tijd meer dan 20% gestegen.
Hogere consumptieprijzen
Vandaag liggen de consumptieprijzen bijna 15% hoger dan als de inflatie de trend van vóór de coronacrisis had gevolgd. Dit gegeven werd door het campagneteam van Trump veelvuldig gebruikt om het beleid van de Democraten te bekritiseren en drukt onmiskenbaar op het sentiment van Amerikaanse huishoudens. In de laatste peiling van de University of Michigan naar het consumentenvertrouwen gaf 40% van de respondenten aan dat hun financiële situatie was verslechterd door het prijspeil, een van de hoogste percentages sinds eind jaren 1970.
Politieke rol van economie
Hoewel een deel van het Democratische bestel probeerde om de verkiezing af te schilderen als een referendum over maatschappelijke vraagstukken, lijkt het adagium van James Carville, economisch adviseur van Bill Clinton in 1992, dus opnieuw bewaarheid te zijn geworden. Daarmee is de politieke rol van de economie trouwens nog niet uitgespeeld. Ze heeft niet alleen de doorslag gegeven in de verkiezingen, ze zal waarschijnlijk ook bepalen over hoeveel bewegingsruimte de nieuwe bewoner van het Witte Huis zal beschikken.
Louter politiek gezien lijkt niets de 47e president van de VS in de weg te staan. Donald Trump heeft overtuigend gewonnen, de Senaat heroverd en behoudt waarschijnlijk ook de meerderheid in het Huis. Deze driedubbele zege geeft hem sterke legitimiteit. Anders dan in 2016, toen gematigde Republikeinen zijn regering nog konden temperen, wordt hij nu omringd door trouwe medestanders, waardoor de politieke vangrails voor zijn tweede termijn minder stevig lijken.
Rol van waakhond
De rol van waakhond is ditmaal weggelegd voor de economie, en indirect dus ook de financiële markten. De aangekondigde verlaging van de vennootschapsbelasting is bevorderlijk voor de groei, maar de hogere invoerheffingen en – in mindere mate – de massale uitzetting van illegaal geïmmigreerde werknemers dreigen de bedrijvigheid juist af te remmen. Nu de arbeidsmarkt verzwakt, het ondernemersvertrouwen bij kleine en
middelgrote ondernemingen afkalft en de meeste gezinnen – op de rijkste na – door hun financiële reserves heen zijn, kunnen dergelijke neveneffecten het enthousiasme onder de Republikeinen voor dat soort maatregelen doen bekoelen.
Weerstand van obligatiemarkt
De dramatische stijging van het begrotingstekort die door het programma van Donald Trump kan ontstaan, kan botsen op weerstand van de obligatiemarkt, vergelijkbaar met de “Bond Vigilantes” uit de jaren 1990. Destijds dwongen obligatiebeleggers de Amerikaanse tienjaarsrente op van 5,2% naar boven de 8%, waardoor de regering-Clinton het begrotingstekort moest beperken. Recent gebeurde iets vergelijkbaars in het Verenigd Koninkrijk, toen de plannen van premier Liz Truss de rente sterk deden stijgen. Een dergelijk scenario is ook in de VS mogelijk, aangezien de rente er al snel stijgt door de hogere looptijdpremie.
De economie en de financiële markten, die een belangrijke rol hebben gespeeld in de uitslag van de presidentsverkiezingen, blijven dus wellicht op de Amerikaanse politiek wegen. Misschien worden zij wel het doeltreffendste tegenwicht tegen het beleid van Donald Trump, waarvan de gevolgen moeilijk te voorspellen zijn.