De Nederlandse economie is in het derde kwartaal van 2024 flink gegroeid, met 0,8% ten opzichte van het voorgaande kwartaal. De Visie van Marcel Kolk, econoom ING.
Hoewel we zeer behoorlijke groei verwachtten, was de uitkomst zelfs nog positiever door een meevaller in de export. In een wereld vol onzekerheden over de wereldeconomie dringt zich wel de vraag op hoelang de economie ons nog positief kan blijven verrassen.
Breed gedragen groei met de consument voorop
De economische groei in ons land was in het derde kwartaal sterk en breed gedragen, doordat alle bestedingscategorieën groeiden en nagenoeg alle bedrijfstakken een plus(je) lieten zien. De grootste bijdrage kwam van de consument, die zowel meer uitgaf als ook daadwerkelijk meer kocht. We stelden eerder dat krimp in de consumptie van huishoudens in het tweede kwartaal tijdelijk zou zijn, en die verwachting is uitgekomen. Zo had het derde kwartaal bijvoorbeeld niet de negatieve invloed van veel regenval. Nu blijkt dus dat de flinke koopkrachtstijgingen, voor de meeste huishoudens veelal dankzij flink toenemende lonen, weer hebben omgezet in aankopen. Positief over de koopbereidheid is het feit dat vooral ook de duurzame goederen, waaronder ook grote aankopen zoals auto’s vallen, vaker zijn gekocht. In ieder geval werden meer auto’s op kenteken gezet dan in het voorgaande kwartaal. Vooruitkijkend gaan we uit van verdergaande groei van de consumptie, omdat de koopkrachtverbeteringen voorlopig doorgaan. Risico daarbij is wel dat de werkloosheid nu voorzichtig begint op te lopen en het afwachten is of er niet van elke verdiende euro meer centen gespaard gaan worden.
Overheid blijft bijdragen aan groei van de economie
De overheidsconsumptie nam in vergelijkbaar tempo toe als de consumptie van huishoudens, wat zichtbaar was in de groei van de werkgelegenheid in het openbaar bestuur. Niet zo gek met begrotingen waarin bijvoorbeeld zorg en defensie mogen groeien. Dat is een ontwikkeling die ook de komende tijd hoogstwaarschijnlijk door zal gaan. Met een iets minder krap wordende arbeidsmarkt kan het voor de (semi)publieke sector zelf wat gemakkelijker blijken om de begrote uitgaven ook daadwerkelijk ten uitvoer te laten komen.
De investeringen namen ook toe, maar hier was het beeld gemengder. Meer machines, software & databases, R&D en woninginvesteringen waren voldoende voor per saldo een stijging. Dalingen zagen we in vervoersmiddelen ICT-apparatuur, commerciële gebouwen en infrastructuur. Combineer dit gemengde beeld met de recente substantiële dalingen in het sentiment van de industrie, matige exportverwachtingen en onzekerheden omtrent handelstarieven van de VS en de begrotingsruimte in Duitsland. Dat maakt dat we er niet zomaar vanuit kunnen gaan dat met name het exporterende bedrijfsleven op hetzelfde tempo de investeringen de komende kwartalen verder zal opvoeren.
Export verrast, maar exporteur niet echt optimistisch
Over de export bestaat vanwege geopolitieke ontwikkelingen de nodige onzekerheid, waardoor de verwachting is dat de komende kwartalen de goederenexport maar langzaam vooruitgaat en de beter presterende dienstenuitvoer niet kan bijbenen. Goed nieuws over het derde kwartaal was dat de goederenuitvoer toch iets toenam. Dat was onverwacht, aangezien de eerste maandcijfers negatief stemden. Deze positieve ontwikkeling was dan ook de belangrijkste reden waarom de economische groei hoger uitkwam dan onze laatste raming. We zagen Nederlandse exporteurs in oktober echter flink pessimistischer worden over de concurrentiepositie in het buitenland. En ook hun verwachtingen over buitenlandse omzet en orders trokken niet echt aan. Daarmee blijft het economisch beeld voor Nederland wat onzeker en lijkt het onwaarschijnlijk dat de economische groei in ons land het hoge tempo van de afgelopen twee kwartalen kan vasthouden.