Onderzoek naar de wereldwijde economische schade van hitte laat zien dat we in de toekomst (2100) zo’n 2,6 tot 3,4 procent van ons bbp kwijt zijn aan productiviteitsverlies door hitte ten opzichte van ons huidige klimaat. Deze economische schade is berekend op basis van de loonkosten van de uitgevallen werkuren. De Visie van economen van ABN Amro.
Tegen deze achtergrond is een CO2-heffing geen hinderlijke kostenpost, maar een belangrijk middel om innovaties en investeringen te stimuleren en niet onbelangrijk: voor ons toekomstig welbevinden. Naar verwachting zal rond 2030 het verschil in onze beleidskeuzes ten aanzien van hitte voelbaar worden.
De eerste hittegolf van 2020 is alweer een feit (KNMI). Vorig jaar en het jaar daarvoor telde het KNMI liefst twee hittegolven; twee periodes dat het kwik tenminste vijf aaneengesloten dagen boven de 25 graden celsius uitkwam, waarvan minimaal drie boven de 30 graden. Zonder aanvullende maatregelen om klimaatverandering tegen te gaan (scenario KNMI’14 WH) hebben wij in 2050 naar verwachting 13 tropische dagen (>30 graden) per jaar. Beleid waarbij de opwarming tot 1.5 graden beperkt blijft toont slechts half zoveel tropische dagen in Nederland (KNMI’14 GL).
Gevolgen
De hitte maakt ons loom, wij slapen slechter en wij kunnen ons minder goed concentreren op onze taak dan anders. Onderzoek wijst bijvoorbeeld uit dat callcentra-medewerkers bij hogere temperaturen kortere gesprekken voeren en minder productief zijn.
Nu zijn er aanmerkelijke verschillen tussen mensen. Leeftijd en stress spelen bijvoorbeeld een rol bij hoe wij hitte ervaren. Ieder heeft zijn eigen voorkeurstemperatuur. Maar grosso modo presteren kantoorwerkers het best bij kamertemperatuur tussen 20 en 22 graden. Boven de 25 graden beginnen hun prestaties sterk af te nemen en valt hun productiviteit met zo’n 5 tot 7,5% terug bij elke graad temperatuurstijging.
In de sectoren waar veel buiten wordt gewerkt, slaat de hitte ook hard toe. In de landbouw, de bouw en de fabriekshallen van de maakindustrie wordt gaat er zo’n 2 procent productie verloren bij elke graad temperatuurstijging. Als het kwik boven de 37 komt, dan valt de productie met wel 60 procent naar beneden, zo blijkt uit recent Europees onderzoek
Door Corona zal de verkoelende airco van een kantoortuin voor veel werknemers zijn ingeruild voor een warme werkkamer met ventilator, dus ook deze groep werkende zal minder produceren dan normaal.
De sectorsamenstelling van de bedrijvigheid is dus bepalend voor de invloed van hoge temperaturen op de economische activiteit. Landen met een omvangrijke dienstensector zullen minder last ondervinden van hoge temperaturen. Toch blijven deze, vaak rijkere landen zeker niet gevrijwaard. Hittegolven gaan immers vaak gepaard met verkeersproblemen. Het risico van treinstoringen neemt bij hittegolven sterk toe, waardoor er meer vertragingen zijn.