Veel strategen zetten vraagtekens bij de opmars van de S&P 500, die volgens hen op gespannen voet staat met de boodschap die van de obligatiemarkten uitgaat. Volgens Keith Wade, hoofdeconoom van Schroders, is de aandelenmarkt over het algemeen nog niet overgewaardeerd.
“Beleggers beseffen dat de groei van de wereldeconomie en de winstverwachtingen matig zijn, maar aandelen blijven desondanks aantrekkelijk, vanwege de lage rendementen op de obligatiemarkt”, aldus Wade.
Schroders voorspelt in de rendementsverwachting voor de komende zeven jaar dat aandelen minder absoluut rendement zullen opleveren dan het geval was in goede jaren. Maar er valt nog altijd meer dan bij obligaties te halen.
De risicopremie op aandelen is eigenlijk te laag, maar er is geen alternatief. Het ‘TINA’-principe houdt de markten in zijn greep. TINA staat voor: ‘There Is No Alternative’, omdat obligaties en cash simpelweg te weinig opleveren om de beleggingsdoelen te kunnen realiseren accepteren de beleggers maar een hoger risico.
Daarnaast zijn de beleidsmakers gecommitteerd aan economisch herstel. Wade: “Door de ‘forward guidance’ wekken centrale banken de indruk dat zij aandelenmarkten steunen en creëren zo de omstandigheden waarin beleggers een lagere vergoeding accepteren voor een hoger risico.”
Het risico is echter dat de markt ‘bellenblazen’ op gang brengt, vermoedt de hoofdeconoom van Schroders. “Centrale banken zijn gericht op de reële economie en niet op de financiële markten. Yellen stelde onlangs uitdrukkelijk dat zij zich alleen zorgen maakt als de financiële markten bubbels creëren die tot een systeemcrisis kunnen leiden. Aangezien de banken momenteel beter gekapitaliseerd zijn, is dat risico laag. Andere financiële instellingen heeft zij buiten beschouwing gelaten. Pensioenfondsen, verzekeraars en asset managers zijn gewaarschuwd.”
