Door extreme weersomstandigheden, van overstromingen tot ernstige droogte, is er de afgelopen jaren steeds meer aandacht voor water gekomen. Steeds meer private partijen betreden de markt. Dit biedt beleggingskansen en speelt waterfondsen in de kaart.
De kans op een wereldwijd tekort aan water werd op het World Economic Forum in 2015 als een van de grootste mondiale risico’s gebracht en De Verenigde Naties (VN) kwam onlangs de belofte om uiterlijk in 2030 te voorzien in ‘toegang tot water en sanitaire voorzieningen voor iedereen’.
Het waterverbruik groeit mee met de toename van de wereldbevolking, maar dat geldt niet voor het aanbod van vers water. Mede daarom worden nutsvoorzieningen geliberaliseerd en gaan overheden op zoek naar private partners voor de bouw van infrastructuur.
Investeringen mobiliseren
Het onderwerp water vond zelfs zijn weg in de eerste encycliek van paus Franciscus. Daarin deed hij een oproep aan overheden om de toegang tot veilig en schoon drinkwater te verzekeren. Het is goed dat de VN (en de paus) zich ten doel stellen om water voor iedereen toegankelijk te maken, maar in zijn huidige vorm is de VN-doelstelling te vaag omschreven om een geloofwaardig raamwerk te vormen waarbinnen private bedrijven en overheden initiatieven kunnen ontwikkelen. Technologisch zijn de doelstellingen best haalbaar, er is alleen geen duidelijke koers. Vanuit een bedrijfsstandpunt is het daarom wachten tot iemand een concrete toekomstvisie ontwikkelt en geld investeert.
Volgens de VN hebben 2,5 miljard mensen, ruim een derde van de wereldbevolking, geen sanitaire basisvoorzieningen en hebben 748 miljoen mensen geen toegang tot een verbeterde bron van drinkwater. Door ontoereikende infrastructuur en economische tekortkomingen sterven elk jaar miljoenen mensen aan ziektes als gevolg van een gebrekkige watervoorziening en sanitair.
Om die universele toegang te verwezenlijken, wordt door de VN erkent dat er institutionele en financiële beperkingen zijn om het probleem op te vangen en roept ze op tot een ‘mentaliteitsverandering’ die investeringen kan mobiliseren. De VN haalt zelfs specifiek aan dat private investeringen, naast overheidsgeld, een cruciale pijler vormen om de doelstellingen op het vlak van watervoorziening en sanitair te kunnen realiseren.
In totaal is een investering nodig van 0,1% van het wereldwijde bbp, ofwel zo’n 53 miljard dollar over een periode van vijf jaar, aldus de VN. Dat de VN erkent dat er voor de privésector een centrale rol is weggelegd om samen met overheden en internationale organisaties te werken aan de verwezenlijking van deze doelstellingen is reden voor optimisme.
De doelstelling van de VN is gunstig voor de participatie van de private sector. Zo ontstaan er enorme mogelijkheden op het gebied van technologie. Daarnaast zal er bij nutsbedrijven een grote behoefte ontstaan aan financiering voor facturerings- en metersystemen.
Bestaande infrastructuur
Beleggingen in water renderen historisch gezien uitstekend. Het Pictet Water Fund presteerde sinds de lancering in 2000 een gemiddeld rendement (in euro) van 6,4% tegenover 2,5% voor de MSCI World Index. Die goede prestaties zijn voor een groot deel terug te leiden naar de keuze om in te haken op de toenemende krapte op de watermarkt.
In tegenstelling tot bijna alle andere grondstoffen is er geen alternatief voor water. De schaarste kan dan ook alleen worden bestreden door via besparingen het gebruik terug te dringen en door het zuiveren van vervuild water. Een groot deel van onze portefeuille bestaat uit lokale waterbedrijven die zich kenmerken door een voorspelbare inkomstenstroom en een stabiele winstmarge, maar we beleggen ook in ondernemingen die kunnen helpen om de bestaande infrastructuur efficiënter te benutten.
Met name in de landbouwindustrie is dit een belangrijke trend, aangezien deze sector volgens de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties goed is voor bijna 70% van het wereldwijde waterverbruik. Industriebedrijven consumeren bijna 20% van het water en voor huishoudens komt dat percentage op iets meer dan 10%.
Druk op overheden
Om het wateraanbod in gelijke tred te laten stijgen met de vraag zijn jaarlijks investeringen nodig van meer dan 1000 miljard dollar, zo blijkt uit schattingen van de Oeso, Morgan Stanley en Pictet Asset Management. De watersector profiteert zo van een belangrijke rugwind in een periode waarin de economie bijna overal ter wereld nauwelijks groeit. Er is natuurlijk geen garantie dat dit investeringsniveau gehaald wordt, maar als er niets gebeurt is er rond 2030 een tekort van 40%, aldus een prognose van het World Economic Forum.
In de afgelopen jaren hebben we al een voorproefje gezien van wat er dan kan gebeuren. Twee jaar geleden moest American Water 300.000 klanten vragen om een paar dagen geen kraanwater te drinken na een methanollekkage en in Frankrijk werd de productie van enkele kerncentrales al eens verlaagd omdat er door een hittegolf een gebrek aan koelwater ontstond. Dit soort zaken zorgt ervoor dat er steeds meer druk op overheden ontstaat om de investeringen in een degelijke watervoorziening op te schroeven. Dat speelt waterfondsen in de kaart.