Het is geen geheim dat aandelen uit opkomende landen over het brede front slecht presteren. Sinds 2010 is de waarde met een derde gedaald, terwijl de S&P 500 bijna verdubbeld is. Opkomende markten lijken zo een ideaal jachtgebied voor koopjesjagers. “Weersta echter de verleiding”, aldus Lars Kreckel, Global Equity Strategist bij Legal & General Investment Management (LGIM).
Zodra er sprake is van een dergelijke sterke underperformance voor een langere periode, kan het verleidelijk zijn om er koopkansen in te zien. Kreckel denkt echter dat er nog veel tegenwind aan zal komen en dat de waarderingen niet goedkoop genoeg zijn om daarvoor te compenseren.
“De negatieve spiraal waarin aandelen uit opkomende markten de afgelopen periode terecht zijn gekomen, suggereert dat veel negativiteit inmiddels is ingeprijsd en dat opkomende markten zeer gevoelig zullen reageren op positieve nieuwsberichten.”
Hij vervolgt: “De waarderingen zijn inderdaad laag, zowel in absoluut als relatief opzicht. Aandelen uit opkomende markten bieden momenteel een discount van 25%. Toch is het goed om te beseffen dat na de Azië-crisis van 1998 tegen een discount van 60% gehandeld werd.”
Beleggers die aandelen uit opkopende markten als koopkans zien, handelen volgens Kreckel vooral uit overwegingen die erg op de korte termijn gericht zijn. “De fundamentals laten zien dat aandelen uit opkomende landen er wel degelijk slecht voor staan. Neem bijvoorbeeld de dramatische daling van de netto marges. Die gingen van 12,7% in 2007 naar 5,4% nu.”
Kreckel laat zich niet verleiden. Hij ziet de huidige situatie niet als koopkans, maar brengt binnen opkomende markten liever differentiatie aan. “Aandelen uit India zijn bijvoorbeeld een relatief veilige haven, aangezien de afhankelijkheid van China of commodities daar veel minder sterk is dan in andere opkomende landen.”
Lees de visie van Lars Kreckel uitgebreider in een nieuwe Equity Insight
