Een wereld van verschil bij groeilanden

0

Na de crisis van 2008 leverden obligaties van groeilanden gedurende twee jaar een positief rendement op. Aan die winstreeks kwam echter een einde door zowel factoren die eigen zijn aan de beleggingscategorie als externe invloeden. Eerst verloren beleggers alle vertrouwen in de perifere landen van de eurozone in 2010, meer bepaald in Griekenland in 2011.

Een wereld van verschil bij groeilandenTwee jaar later, op 22 mei 2013, kondigde Fed-topman Ben Bernanke het einde van de kwantitatieve versoepeling aan en verklaarde hij dat de liquiditeitsinjecties geleidelijk zouden worden teruggeschroefd. Dat was de fameuze tapering. In de volgende drie maanden viel de GBI EM Broad Diversified, de representatieve index van de in lokale munten luidende staatsobligaties van groeilanden, met 14% terug.

Eind 2014 zette de Chinese groeivertraging de markten opnieuw onder druk. Grondstoffen, vooral olie, kregen rake klappen. Zo kelderde de WTI-index, die de prijs van een vat Texaanse ruwe olie weergeeft, tussen juni 2014 en januari 2015 met 59%. De markt van in lokale munten luidende staatsobligaties viel verder terug. Een aantal groeilanden, in het bijzonder de grote olieproducenten, hadden moeite om hun munt te ondersteunen. Zo besliste Nigeria om zijn munt met 8% te devalueren en tegelijkertijd de rente met 100 basispunten te verhogen tot 13%.

Ratingmalaise

De moeilijkheden in de opkomende wereld uitten zich in een achteruitgang van de kerncijfers. In september 2015 verlaagde S&P de Braziliaanse rating tot BB+, waardoor schuldpapier van het land voortaan als speculatief wordt gezien. Brazilië was echter geen geïsoleerd geval. Zowel Nigeria als Angola zag zijn rating terugvallen tot B+, terwijl de rating van Ghana werd teruggebracht tot B-. De Venezolaanse en de Zuid-Afrikaanse werden ten slotte verlaagd tot respectievelijk CCC+ en BBB-.

In tegenstelling tot landen als Brazilië en Rusland houden andere groeilanden wel het hoofd boven water en profiteren zij zelfs van de huidige situatie. Het gaat daarbij in het algemeen om netto-invoerders van grondstoffen, zoals Zuid-Korea, Marokko, India en de Filipijnen. Zo werd de Filipijnse rating sinds 2009 regelmatig verhoogd.

De Filipijnen

De rating van de Filipijnen, een land dat zo’n 100 miljoen inwoners telt, ging van BB- in 2005 naar BBB in mei 2014. Die forse verbetering wordt bevestigd door de ontwikkeling van de Filipijnse schuld, die al tien jaar in dalende lijn gaat, alsook door de dynamische economische activiteit en de goede prestaties van het land ondanks de Chinese groeivertraging.

Volgens kredietverzekeraar Coface wordt de Filipijnse economie ondersteund door enkele positieve ontwikkelingen. Allereerst doet de elektronica-industrie het bijzonder goed (40% van de uitvoer). Daarnaast blijft de uitvoer naar de Aziatische groeilanden onafgebroken stijgen.

Ten derde profiteren de consumptie van de huishoudens en de externe rekeningen van het geld dat uitgeweken Filipijnen naar hun thuisland sturen. En tot slot neemt de sector outsourcing van bedrijfsdiensten een hoge vlucht.

Deel dit artikel

Over de auteur

Jean-Philippe Donge

Jean-Philippe Donge is Head of Fixed Income bij Banque de Luxembourg.


Kennispartners

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies om u de beste surfervaring te geven. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op 'Accepteren' hieronder, dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten