Terwijl de Amerikaanse economie op een goed vierde kwartaal lijkt af te steven is dat in de eurozone niet het geval. Dat signaleert Maarten Leen, hoofd Macro-economie ING.
In Europa neemt het aantal problemen toe. Aan het politieke front is het niet alleen onrustig in Italië maar ook in Duitsland. Door slechte resultaten bij regionale verkiezingen staat de regeringscoalitie onder leiding van Angela Merkel onder druk. Merkel zal in december haar functie van CDU partijleider neerleggen en heeft aangegeven dat zij aan het einde van de huidige regeringstermijn een punt wil zetten achter haar politieke carrière. Een verzwakt politiek leiderschap in Duitsland kan nadelig uitwerken op de besluitvorming in Europa.
Ook economisch gezien is er de nodige tegenslag. De economie van het eurogebied bleek in het derde kwartaal van dit jaar met slechts 0,2% te zijn gegroeid. De laagste groei sinds het economisch herstel in 2013 begon. Bijzonder zorgelijk is de stagnatie van de Italiaanse economie. Voor het eerst in vier jaar is de Italiaanse economie van het ene op het andere kwartaal niet gegroeid. De toch al moeizame verhouding tussen Rome en Brussel over de begroting voor volgend jaar komt hiermee nog meer op scherp te staan. Veelzeggend in dit verband is de brief die deze week door Eurocommissaris Marco Buti aan Alessandro Rivera, de thesaurier van het Italiaanse ministerie van Financiën, heeft verstuurd. In deze brief wijst hij op de mogelijkheid dat de buitensporige tekortprocedure tegen Italië al in november van start zou kunnen gaan. Deze procedure zou er uiteindelijk toe kunnen leiden dat Italië een boete krijgt opgelegd van de Europese Commissie.
Niet snel
Het lijkt er niet op dat de economische groei in het eurogebied snel zal aantrekken. Enquêtes gehouden onder inkoopmanagers, consumenten en producenten laten zien dat de stemming steeds minder gunstig wordt. Dan is het aannemelijk om te veronderstellen dat er ook minder zal worden uitgegeven.
De inflatie is in de eurozone licht opgelopen van 2,1% in september tot 2,2% in oktober. De onderliggende inflatie liep ook op van 0,9 naar 1,1%. Voor de ECB nog steeds veel te laag om aan een renteverhoging te denken. Zeker ook niet gezien de afzwakkende conjunctuur.
Terwijl in Europa de economie afzwakt blijft die in de VS stevig doorgroeien. De gemiddelde Amerikaanse consument is in oktober optimistischer geworden. De index die dit vertrouwen meet – die van de Conference Board – steeg van 135,3 in september tot 137,9 in oktober. Weliswaar vond de oktoberpeiling plaats voordat de aandelenkoersen in de tweede helft van oktober nog verder onderuit gingen, het cijfer geeft toch aan dat, tegen de achtergrond van een krappe arbeidsmarkt en stijgende lonen, de particuliere consumptie het voorlopig nog wel even goed zal blijven doen.
Ook het vertrouwen in de Amerikaanse verwerkende industrie blijft goed. Weliswaar daalde de vertrouwensindex van 59,8 in september naar 57,7 in oktober, historisch gezien is dit nog steeds hoog.