Het spectaculaire herstel van de wereldeconomie en de daarmee samenhangende verwachte opleving van de inflatie, zal slechts van tijdelijke aard zijn. De vooruitzichten op de middellange termijn zijn op z’n best ‘gematigd’.
Dat stelt PGIM Fixed Income, het obligatiehuis van PGIM, in haar maandelijkse commentaar op de financiële markten.
De groei van de wereldeconomie zal dit jaar boven de 6 procent uitkomen, het hoogste niveau in decennia, verwacht de obligatiemanager. Door het aantrekkende sentiment zullen consumenten meer geld uitgeven terwijl overheden vol het stimuleringspedaal blijven instappen.
Vooral in de VS zal het effect hiervan op de economie groot zijn. Huishoudens hebben sinds het uitbreken van de coronacrisis al $1.800 miljard opgepot. Naar verwachting zal een flink deel van die extra besparingen gespendeerd worden zodra de economie weer opengaat, waarschijnlijk zo halverwege het jaar.
Ondertussen heeft president Biden de handen op elkaar gekregen voor zijn plan om $1.900 miljard te verdelen onder de bevolking, wat bovenop het steunpakket komt van $900 miljard dollar uit december. Met een nieuwe infrastructuurwet later dit jaar zal de Amerikaanse overheid nog eens voor ten minste $2000 miljard in de Amerikaanse economie pompen.
Door de verbeterende groeivooruitzichten in de VS maar ook de rest van de wereld, is de inflatieangst onder beleggers sterk toegenomen. De vraag zou ook tijdelijk het aanbod kunnen overstijgen, wat de prijzen opjaagt. Bedrijven hebben immers wat tijd nodig om werknemers terug te halen, productieschema’s op te stellen, toeleveringsketens opnieuw te starten en de productie op te voeren. Onder deze omstandigheden kunnen knelpunten en incidentele tekorten ontstaan die de inflatie opdrijven. Maar centrale banken hebben al toegezegd door deze tijdelijke ontwikkelingen heen te kijken voor wat betreft hun rentebeleid.
Desondanks zijn de marktrentes wereldwijd fors opgelopen. Volgens PGIM Fixed Income lopen de ze daarmee iets te veel op de muziek vooruit.
De wereld krijgt weliswaar nog een ‘stortvloed aan positief economisch nieuws’ over zich heen. Maar als het herstel dit jaar eenmaal zijn hoogtepunt bereikt zijn de vooruitzichten voor de wereldeconomie op middellange termijn op zijn best gematigd te noemen.
Veel van de structurele tegenwind die in de jaren vóór de pandemie op de groei en de inflatie woog, zoals de vergrijzing van de bevolking en de hoge schuldenlast, is nog steeds aanwezig, zo niet toegenomen. In dat opzicht zullen de post-pandemische omstandigheden waarschijnlijk lijken op die van vóór de pandemie.