Het snel beheersen van de pandemie is de sleutelfactor achter China’s opmerkelijke groeiprestatie. Vorig jaar liet het als enige van de grootste economieën positieve jaargroei zien (+2,3%). De Visie van de economen van ABN Amro.
Natuurlijk kent ook China regelmatig oplevingen van het virus. Deze zijn echter steeds bescheiden van omvang geweest en worden beantwoord met snelle, gerichte maatregelen, waardoor de besmetting onder controle blijft. In China zijn deze oplevingen dan ook minder een spelbreker voor het macroherstel dan in de meeste andere landen. Wel vertraagden deze ople-vingen en bijbehorende maatregelen het herstel van de consumptie. Eind 2020/begin 2021 vond opnieuw een opleving plaats. Op 22 januari bereikte het aantal covid-19-besmettingen een 9-maands record van 342 (erg laag in internationaal perspectief). Opnieuw reageerden de autoriteiten snel en gericht. Er werden nieuwe regionale lockdowns ingesteld (met name in het noordoosten), in de aanloop naar het Chinese nieuwjaar werden reis-beperkingen aangescherpt en er werd massaal getest. Deze maatregelen lijken te werken. Het 7-daags gemiddelde van nieuwe gevallen nam af van zo’n 200 medio januari naar ongeveer 20 in de afgelopen dagen.
Geen reispiek dit nieuwjaar, maar andere uitgaven nemen toe
Traditioneel reizen ongeveer 400 miljoen Chinezen rond het Chinese nieuwjaar (dat elk jaar op een andere datum valt, in 2021 op 12 februari) naar hun geboortestreek om hun familie en vrienden te bezoeken. Na de recente opleving van het virus heeft de overheid echter mobiliteitsrestricties aangescherpt en mensen op het hart gedrukt niet te gaan reizen. Als gevolg hiervan bleef het personen-vervoer op een vergelijkbaar laag niveau als een jaar geleden, toen in januari lockdowns en reisbeperkingen volgden op de eerste uitbraak van de pandemie in China. Dit jaar lag het aantal reizigers tijdens de nieuwjaarsperiode op ongeveer 25% van het pre-corona niveau in 2019. Ook toerisme-inkomsten lagen nog veel lager dan twee jaar geleden. Toch vond er wel een zekere substitutie plaats richting andere bestedingen (waaronder het online versturen van cadeaus). De forse toename van het theater- en restaurantbezoek suggereert dat na de recente daling van het aantal nieuwe besmettingen de angst voor besmetting is afgenomen. Toch blijft de voorkeur van de consument voor online winkelen hoger dan voor corona het geval was.
China leider in beheersing pandemie, loopt achter op vaccinatievlak
Het nadeel van China’s succes op het vlak van pandemiebeheersing is een gebrek aan urgentie op het vlak van vaccinatie. Momenteel worden 2,8 vaccinaties per 100 inwoners (enkele dosis) gerapporteerd. Dat ligt veel lager dan het geval is bij koplopers Israël, VAE en het VK, maar ook dan andere belangrijke welvarende landen (bijvoorbeeld VS, Duitsland, Frankrijk, Nederland) en opkomende landen (bijvoorbeeld Turkije, Polen). China begon medio december 2020 met vaccineren, eerst de essentiële beroepen, gevolgd door kwetsbare groepen. Daarna zijn alle personen van 60 jaar en ouder aan de beurt. Het doel om voor het Chinese nieuwjaar 50 miljoen mensen ingeënt te hebben bleek te ambitieus en is inmiddels uitgesteld tot eind maart. Dat kwam door logistieke problemen en door enige terughoudendheid bij de bevolking om zich te laten vaccineren. Al met al zal China waarschijnlijk wat later dan andere belangrijke economieën groeps-immuniteit bereiken. Daarmee blijft het langer kwetsbaar voor oplevingen van het virus. Maar omdat China voorop loopt wat betreft het beheersen van de pandemie en de normalisatie van de economie, zal de voortgang met het vaccinatieprogramma – vergeleken met de meeste welwarende landen – waarschijnlijk minder cruciaal zijn voor het bredere macroplaatje.
Eerste kwartaal: zeer hoge jaargroei, zwakke kwartaalgroei
De Chinese economie loopt voorop als het gaat om de normalisatie van de covid-19-schok in het eerste kwartaal van 2020. Toch wordt het herstel vooral geleid door de aanbodzijde (industrie en uitvoer). Ook de consumptie laat herstel zien, maar wel met vertraging. Social distancing gevoelige sectoren zoals transport blijven kwakkelen. We verwachten een vrij zwakke kwartaalgroei in het eerste kwartaal van 2021. Deze visie werd onlangs bevestigd door de daling van de PMI’s voor januari (met name die voor de dienstensector). Deze zwakte wordt deels veroorzaakt door het effect van nieuwe regionale lockdowns en reisbeperkingen, maar ook door de verwachte afname van de bijdrage van de netto-uitvoer en een draai in het macro-economische beleid. De Chinese uitvoer heeft het in het afgelopen jaar opmerkelijk goed gedaan, gesteund door een verschuiving in de mondiale vraag van diensten naar goederen en pandemiespecifieke vraag naar medische apparatuur, IT-producten en online shopping. De keerzijde van dit succes lijkt nu het ontstaan van logistieke knelpunten. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het sterk oplopen van de tarieven van container-transport uit Chinese havens en uit toenemende levertijden. Deze knelpunten lijken de korte-termijn-vooruitzichten voor de Chinese uitvoer al te hebben geraakt. In januari namen de PMI-uitvoerindices duidelijk af. Op jaarbasis verwachten we overigens een zeer hoge groei in het eerste kwartaal. Dat komt echter vooral door basiseffecten: het zeer zwakke eerste kwartaal van vorig jaar (bbp-krimp van 6,8% j-o-j) verdwijnt dan immers uit de cijfers.