Deflatie in de eurozone, een harde landing van China en de ineenstorting van de yen zijn allemaal risico’s die leiden tot een zwakkere groei en inflatie. De wereldeconomie kan de malaise van de afgelopen drie jaar maar moeilijk van zich afschudden. Het matige herstel houdt aan, de daling van de grondstofprijzen ondersteunt de consumentenbestedingen en reduceert de bedrijfskosten.
Dit ziet Keith Wade, hoofdeconoom van Schroders, als basisscenario voor de wereldeconomie in 2015. Het risico neigt nog altijd meer richting deflatie, met name in Europa, en een harde landing van China. Maar meestal gebeurt niet wat algemeen verwacht wordt. En daarom is het goed alternatieve scenario’s klaar te hebben liggen. Wat zijn volgens Schroders een aantal mogelijke scenario’s voor de wereldeconomie?
Allereerst het ’basisscenario’. Dat is groei van de wereldeconomie met 2,8% in 2015. Ook in 2016 zal de groei beneden de maat blijven en uitkomen op 2,8%, met in de Verenigde Staten rentetarieven die normaliseren en een sterkere dollar. De wereldwijde inflatie schat Wade in op 2,9%, waarbij de dalende energieprijzen de grootste impact hebben.
Andere scenario’s (die veel minder waarschijnlijk zijn, maar wel zeker tot de mogelijkheden behoren):
1. Deflatie in de eurozone
Zwakke economische activiteit drukt op de prijzen, huishoudens stellen hun uitgaven uit. De Europese Centrale Bank (ECB) reageert door staatsobligaties op te gaan kopen, maar het programma is te klein en te laat.
2. G7 boomt
De groei in de ontwikkelde landen herstelt sneller dan verwacht, dankzij aantrekkende bedrijfsinvesteringen en consumentenbestedingen. De Fed verkleint de balans.
3. Herstel productiviteit
De zwakke productiviteit was het probleem in de VS en de Verenigd Koninkrijk. Groei kwam vooral door een aantrekkende werkgelegenheid. Het zorgt voor hogere groei en lagere inflatie.
4. Capaciteitbeperking
Centrale banken overdrijven de reservecapaciteit in de economie. Maar zwakkere trendgroei en permanent verlies van capaciteit brengt inflatie dichterbij. Als de vraag groeit, schiet inflatie omhoog en moeten centrale banken het beleid omgooien.
5. Harde landing van China
De pogingen om de vastgoedmarkt in China een zachte landing te geven mislukken, beleggingen in vastgoed nemen af, evenals de consumentenbestedingen.
6. Russisch gerommel
De onrust in Oekraïne neemt toe, Poetin is onvermurwbaar, sancties nemen toe. Rusland draait de gaskraan richting het zuiden dicht.
7. Ineenstorting van de yen
Deze weerspiegelt de situatie waarin beleggers betwijfelen of de Japanse beleidsmakers serieus werk willen maken van schuldreductie doordat belastingverhogingen op de lange baan geschoven worden. Uit vrees voor wanbetaling vindt een kapitaalvlucht plaats. Gevolg is een zwakke yen en een verhoogd risico op faillissementen.