De politieke en economische malaise in Brazilië houdt voorlopig nog wel aan. Voor het land zou het een goede zaak zijn als de zittende president Dilma Rousseff voortijdig opstapt. Dat schrijft Craig Botham, econoom Opkomende Markten bij Schroders.
Nu de storm rond China wat is gaan liggen, is er gelegenheid om te kijken hoe het de andere BRIC-landen vergaat. De positie van president Rousseff van Brazilië is dermate verzwakt door het Petrobras-corruptieschandaal en beschuldigingen van malversaties met overheids- en campagnefinanciën, dat het land politiek en economisch verlamd is. Dit zorgt weer voor een golf aan neerwaartse bijstellingen voor de groei en kredietwaardigheid van Brazilië. Botham vreest dat het nog jaren kan duren voordat deze voormalige groeiparel de ellende te boven is.
Ondertussen vlakt de economische activiteit in Brazilië verder af en neemt de inflatie toe. De Braziliaanse consument gaat gebukt onder een hoge schuldenlast en de overheidsbestedingen worden afgeknepen in een poging tot begrotingsconsolidatie. “De Braziliaanse zombie-economie wordt kunstmatig in leven gehouden en dat zou elke beleidsmaker het schaamrood op de kaken moeten brengen”, meent Botham.
Volgens Schroders is de economische tegenspoed in Brazilië nog niet voorbij. Maar er gloort hoop aan de horizon. De marktkrachten lijken hun werk te doen en zorgen voor enige verbetering in de data. Zo lijken arbeidskosten door de toenemende werkloosheid eindelijk te dalen. Dit zorgt voor een verbetering op de handelsbalans. “Het beste waar de markt op kan hopen is een vertrek van president Rousseff, nieuwe verkiezingen en zuivering van alle rotte appels uit de regering”, betoogt Botham. “Dan kan een nieuwe regering met frisse energie hervormingen doorvoeren.”