De deelnemers aan de 28e klimaatconferentie (Conference of the Parties of COP 28) in Dubai staan voor lastige onderhandelingen. De uitkomst zal tot op het laatste moment onzeker blijven, maar de jaarlijkse klimaathoogmis zal wel de schijnwerpers richten op een tak van de wiskunde met tal van toepassingen in de menswetenschappen: de speltheorie, met als beroemdste voorbeeld het prisoner’s dilemma.
Met die term wordt een situatie aangeduid waarin de deelnemers uitzicht hebben op een collectieve oplossing waar iedereen baat bij heeft, áls zij samenwerken, maar waarin zij ook redenen hebben om hun persoonlijke belang te laten primeren op het collectieve belang. Daaruit volgt een zogeheten suboptimaal evenwicht of Nash-evenwicht, naar de Nobelprijswinnaar die in 2001 bekendheid verwierf door de film A Beautiful Mind.
De strijd tegen de klimaatverandering is een schoolvoorbeeld van zo’n gevangenendilemma: de mensheid heeft er belang bij eensgezind te handelen om de temperatuurstijging te beperken en de planeet leefbaar te houden, maar afzonderlijk hebben landen, bedrijven en burgers uit eigenbelang de neiging om de status quo in stand te houden. Een land dat ervoor kiest om minder broeikasgassen uit te stoten, betaalt daar op korte termijn een economische prijs voor. Als de andere landen niet volgen, dreigt het door hen te worden overvleugeld. Dan worden met andere woorden de vruchten van de inspanning collectief geplukt, maar de kosten individueel gedragen.
Dat mechanisme zet alle partijen ertoe aan de eigen inspanningen te beperken, waardoor het moeilijker wordt om de collectieve optimale oplossing te bereiken. Elk verslag over het klimaat dat het IPCC, de VN of de OESO over de tijdens vorige edities van de COP gemaakte beloftes hebben gepubliceerd, komt tot die vaststelling.
Een consensus lijkt op de COP 28 buiten bereik – daarvoor is het onderwerp te veelzijdig en complex en lopen de belangen te sterk uiteen. Iedereen lijkt het er wel over eens te zijn dat de opwarming van de aarde moet worden bestreden, maar er is minder eensgezindheid over de middelen en inspanningen die daarvoor nodig zijn.
Deze COP heeft bovendien een overvolle agenda. Er moet een stand van zaken worden opgemaakt over de verbintenissen die in 2015 in het Akkoord van Parijs zijn aangegaan en er moet werk worden gemaakt van het bij de Wereldbank onder te brengen fonds om ontwikkelingslanden te compenseren voor verliezen en schade en ze te helpen zich aan de klimaatverandering aan te passen. Er zal ook veel energie worden gestoken in het debat over de transitie van fossiele brandstoffen naar hernieuwbare energiebronnen. De uitdagingen zijn gigantisch.
“Ons huis staat in brand, maar wij kijken weg”: die uitspraak van de gewezen Franse president Jacques Chirac tijdens de Wereldtop in Johannesburg in 2002, zindert na tot vandaag. Hoe meer de planeet opwarmt en hoe tastbaarder de natuurrampen die eruit voortvloeien worden, hoe moeilijker het lijkt te worden om samen te werken. Good COP of bad COP? Op 12 december weten we of de 28e klimaattop een copernicaanse revolutie ontketent.