Traditionele banken worden niet overbodig, zegt Jaron van Dam, hoofd OECD Banks bij ABN Amro. “Maar dan moeten ze wel willen leren van fintechs, samen met hen ontwikkelen en soms zelfs onderdelen van de dienstverlening laten overnemen, omdat zij hiervoor beter zijn uitgerust.”
Om zijn woorden kracht bij te zetten maakt Van Dam in een column de vergelijking met de luchtvaartsector, waar deze ontwikkeling al eerder is begonnen. Juist vanwege de overeenkomsten tussen beide sectoren vormen de opgedane ervaringen in de luchtvaart volgens hem een goede leerschool voor de banken.
Van Dam: “Beide sectoren opereren in een complexe en streng gereguleerde omgeving. Zij hebben te maken met hoge kapitaaleisen en moeten veel investeren in hun infrastructuur. De komst van low-cost maatschappijen heeft het speelveld in de luchtvaart veranderd. Maar het heeft de traditionele luchtvaartmaatschappijen niet overbodig gemaakt. Parallel aan de luchtvaartsector zullen ook de traditionele banken niet verdwijnen.”
Banken moeten verandering omarmen
Dat zal echter niet slag of stoot gaan. Wat de low-cost maatschappijen in de luchtvaart voor elkaar kregen, dat proberen fintechs volgens Van Dam nu ook binnen het huidige bankenlandschap voor elkaar te krijgen: de klantervaring verbeteren in alle aspecten van de activa-passiva transformatie en dat tegen lagere kosten. Dat zal ze deels zeker gaan lukken, stelt Van Dam.
Daarom moeten de banken zich volgens hem aanpassen aan deze veranderende wereld: “Banken kunnen leren van de parallellen met de luchtvaartsector. Het aanpassen van het businessmodel aan continue verandering, het accepteren van kapitaaleisen en regelgeving als een gegeven. Banken moeten focussen op die gebieden waar echte toegevoegde waarde geboden kan worden en starten met de vorming van commerciële allianties om hun infrastructuur optimaal in te zetten.” Maar ook het simpel inzetten van een loyaliteitsprogramma om de klantenbinding te verhogen, is volgens Van Dam het overwegen waard.
Grensoverschrijdende bankallianties
Ingewikkelder maar wellicht meer effectief is het opzetten of kopen van een challenger bank (KLM versus Transavia) naast de huidige organisatie. Hierdoor kun je klanten ‘in huis’ houden, zonder de nadelige effecten van verouderde en kostbare systemen. Een andere mogelijkheid is het (binnen Europa) aangaan van grensoverschrijdende bankallianties.
Hiermee kunnen banken hun back-office consolideren, terwijl toch de individuele klant behouden blijft. En zo verminderen de kosten per transactie en verbetert volgens Van Dam de uitvoering van bepaalde back-office taken die een beperkte toegevoegde waarde hebben, maar wel door regelgeving noodzakelijk zijn.
