In Brazilië, gastland van de Olympische Spelen van 2016, krimpt de economie en volgt het ene politieke schandaal het andere op. De problemen waar deze voormalige groeiparel mee kampt, zetten vraagtekens bij de politieke stabiliteit van het land. Colm McDonagh (hoofd EMD bij Insight), Javier Murcio (senior analist bij Standish) en Rogerio Poppe (portfolio manager bij ARX, alle drie boutiques van BNY Mellon, verwachten voorzichtig herstel van deze gevallen ster pas in 2017-2018.
In de tien jaar dat Brazilië kon profiteren van de grondstoffensupercyclus, heeft het geen geld opzijgezet voor magere jaren. Poppe: “Met een afnemende vraag naar grondstoffen vanwege de haperende Chinese economie betaalt Brazilië hiervoor de prijs. Het land moet flink bezuinigen, terwijl de economie krimpt en de werkloosheid stijgt.”
“De laatste drie jaar is de nationale munt zo’n 50% in waarde gekelderd ten opzichte van de dollar”, zegt Poppe. “De zwakke real stimuleert de export, maar Brazilië heeft een lange historie van hoge inflatie en daarom weinig manoeuvreerruimte. In 2015 zijn de rentetarieven flink verhoogd. Daarbij is in de laatste jaren door corruptieschandalen de positieve energie om hervormingen door te voeren weggeëbd.”
Werkloosheid
In 2016 krimpt de Braziliaanse economie met 1,4% en piekt de werkloosheid. Poppe: “Alleen als de overheid de uitgaven reduceert en de inkomsten verhoogt, en de inflatie binnen de perken blijft, dan zijn de vooruitzichten voor 2017 beter. De algemene verwachting is dat een voorzichtig herstel zal optreden in 2017-2018, al zal dat niet door de consument aangejaagd worden, zoals voorheen, maar door investeringen in met name infrastructuur.”
McDonagh: “Afgezien van Brazilië kent de Latijns-Amerikaanse regio goed presterende economieën, zoals Mexico, Chili en vooral Colombia en Peru. Argentinië en Venezuela daarentegen hebben last van het gevoerde beleid in het verleden. De meeste Latijns-Amerikaanse landen profiteren van een flexibele wisselkoers. Zwakkere valuta helpen om schokken in de handel op te vangen.”
Gekelderde olieprijs
Argentinië en Venezuela hebben die speelruimte niet. Murcio: “Venezuela kampt met een grote afhankelijkheid van olie-export en met de gevolgen van PetroCaribe, het olieprogramma van Venezuela waarbij olie wordt geleverd aan deelnemende landen tegen zeer gunstige voorwaarden.”
McDonagh: “Argentinië heeft last van de gekelderde olieprijs, terwijl het land juist een oliesector wil opbouwen, en daarnaast ondervindt het hinder van de verzwakking van de Braziliaanse economie. Als het Argentinië, dat in feite bankroet is, lukt om de betrekkingen met externe crediteuren te normaliseren, dan zullen investeerders bereid zijn om significant te investeren in het land”.