Onlangs bezocht ik verschillende bijeenkomsten over beleggen en de toekomst van vermogensbeheer. Zo ook een presentatie van de Chief Executive Officer van Pritle, die ervaring bij een voormalige staatsbank had opgedaan en tot de overtuiging kwam dat beleggingsdienstverlening efficiënter en goedkoper kan.
Tegelijkertijd publiceerde PwC een white paper over de praktische richtlijnen voor het implementeren van MiFID II. Hierin wordt duidelijk gemaakt dat beleggingsondernemingen vanaf 3 januari 2018 een uitgebreide inventarisatie van de financiële positie van de klant moeten gaan uitvoeren, inclusief de wensen en doelstellingen.
Vervolgens moeten deze worden doorgerekend om zicht te krijgen op de haalbaarheid van deze wensen en doelstellingen. In feite niets anders dan een financieel plan, dat de basis vormt voor het beleggingsadvies. Ondertussen heeft de term robo-adviseur zijn intrede gedaan als vervanger voor het traditionele vermogensbeheer.
Een goede combinatie
Die robo-adviseur is echter niet meer dan een nog verder geautomatiseerd beleggingsadvies, waarbij algoritmes de boventoon voeren. Het goede hiervan is dat financiële doelen en de beleggingshorizon van de klant gekoppeld worden aan een risicoprofiel. Dit profiel vormt een beleggingsportefeuille op basis van goedkope indexfondsen.
Maar wat zijn bijvoorbeeld de verwachte rendementen waarmee onze robotvriend rekent? Wordt er voor een aandelenbelegging een rendementsverwachting van 5% of 8% gehanteerd of wordt er gebruikt gemaakt van historische rendementsgegevens? Dit kan voor obligaties nog leuk worden.
De tijden zijn ontegenzeglijk veranderd. Een van de presentaties toonde een filmpje uit 1998 waarin mensen op straat werden geïnterviewd met de vraag of zij ooit gebruik zouden maken van een mobiele telefoon. Het merendeel antwoordde ontkennend wegens het gebrek aan toegevoegde waarde en het feit dat men niet altijd bereikbaar wilde zijn. “Ik heb toch een antwoordapparaat?”, zo was de algehele opvatting.
Hetzelfde filmpje liet een soortgelijk interview zien, maar dan in 2016 met de vraag of zij gebruik zouden maken van een robo adviseur bij beleggingsvraagstukken. Hierbij was de uitkomst fiftyfifty.
Een echte asset
Grootbanken roepen al jaren de trusted advisor van de klant te willen zijn, maar kunnen deze rol niet waarmaken. Zij zijn op dit moment druk bezig met verdere automatisering van hun dienstverlening op verouderde platformen. Ik juich dan ook de opkomst van een robo-adviseur zoals Pritle toe ofschoon ik vraagtekens plaats bij hun verdienmodel. Leuk zo’n samenwerking met Booking.com, maar dit gaat wel ten koste van de toch al flinterdunne marges.
Op het moment dat de digitale advisering de overhand neemt waardoor het menselijk contact de minderheid wordt, dan zal het inlevingsvermogen van de adviseur van vlees en bloed een echte asset worden. Iemand die op een juiste wijze levensdoelen van klanten combineert met hun financiële mogelijkheden.